Lekker slapen in de camper op de boot

Als we in de ochtend fris en fruitig over de boot lopen, liggen werkelijk overal jongeren. Op de overloop bij de trappen, op banken, over tafels gedrapeerd, op de stretchers buiten, in hoekjes, in gangen – óveral. Ze worden heel katterig wakker; we hebben wel met ze te doen. Wij hebben heerlijk geslapen, lekker gedoucht (een hele belevenis door de deinende boot) en goed ontbeten. We hebben zelfs een eitje gekookt in de waterkoker. En, camperhack: de waterkoker aangepast methodologisch ontkalkt met citroensap.

Met enige vertraging komen we tegen twaalven in Ancona aan, dus eigenlijk willen we, zoals iedereen, nu wel van die boot af.

Er is ruimte om te manoeuvreren, dus we wachten niet de aanwijzingen van verkeersregelaars af en zetten alvast koers naar de hellingbaan die nu omhoog staat. Het blijkt dat degenen die alvast gaan rijden vooraan staan, en de nette afwachters, tja, die moeten dus afwachten. Als we in een lange rij op de hellingbaan staan, begint-ie opeens te kantelen. Handrem erop en zakken maar, het is wel spectaculair.

We willen vandaag nog een flinke ruk maken, dus we nemen in Italië de tolweg richting noorden. Op bijna alle tankstations langs de snelweg zijn camperserviceplaatsen, alleen moet je er wel meteen goed naartoe rijden, anders rijd je het terrein alweer af zonder dat je hem bereikt. Enfin, bij de derde poging lukt het, en kunnen we lozen en water innemen.

Na 494 km stoppen we in Tavernola aan het Lago di Como, en zoeken een plek op een erg nette camperplaats die 50 cent per uur kost. We moeten uiteindelijk 7 euro betalen. Stroom kost 50 cent per kW, en wc lozen en water tappen kost ook geld. Alleen grijs water lozen is gratis. Maar hé, daarvoor heb je wel een plek met camerabewaking, hij spiedt bij ons zelfs via het dakluik naar binnen.

De volgende dag gaan we bij Chiasso Zwitserland in, en via de Nufenenpas naar Wallis, waar we na 181 km een paar dagen pauzeren.

Vanuit Wallis richting Basel nemen we de Grimselpas waar we dit keer een bont gezelschap aan voertuigen tegenkomen.

Na 471 km overnachten in Duitsland op een camperplaats in Meckenheim, in de Pfalz. Met de fiets overbruggen we de 2 km naar Niederkirchen, waar we heerlijk Duits eten op de binnenplaats van restaurant Klosterstübchen.

Van Meckenheim naar De Bilt is het 491 km, met veel files en wegwerkzaamheden. De A61 wordt zelfs verlegd om meer bruinkool te kunnen delven – nogal ingrijpend. Na duizenden kilometers zijn we weer in Nederland, waar de cultuurshock langzaam wegebt.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *