Bundaberg, hometown van rum en ginger beer

Op weg naar de plaats Bundaberg, waar we de gelijknamige rumdistilleerderij gaan bezoeken, komen we langs een wel heel Nederlands icoon: een houten windmolen. Emily uit Capricorn Caves had ook dit café getipt: hier kun je de lekkerste baksels en koffie in de wijde omgeving krijgen. De molen is in 1991 gebouwd door ex-Nederlanders met heimwee, maar huidige eigenaar Joey is louter blij met zijn opvallende landmark, hij heeft verder niets met Nederland.

Tussen Bargara en Bundaberg wordt suikerriet en gember geteeld. Dat kan natuurlijk geen toeval zijn.

Bij Bundaberg Rum worden bezoekers hartelijk ontvangen, maar als je mee wilt met de rondleiding, die ongeveer een uur duurt, moet je vanwege veiligheidsvoorschriften alle elektronica veilig opbergen in een grote kast. De combinatie van elektrische apparaten en de grote hoeveelheid al dan niet verdampte alcohol in de distilleerderij zou anders tot brand of ontploffingen kunnen leiden. Verboden derhalve voor telefoons, camera’s, horloges (!) en autosleutels. Dat betekent dus ook: geen foto’s.

Rondleidster Paula vertelt ons alle ins en outs van de rum, waarvan de belangrijkste grondstof melasse is, een dikke zoete stroop die een restproduct is als je van suikerriet suiker maakt. Omdat suikerriet maar gedurende zes maanden wordt geoogst, leggen ze een flinke voorraad melasse aan, zodat de rumproductie het hele jaar rond kan plaatsvinden.

Naast melasse zijn de andere ingrediënten om Bundabergrum te maken water en gist. Die gist komt uit Engeland en wordt twee keer per jaar vers aangevoerd, om de constante kwaliteit te garanderen. Na 36 uur is de melasse met behulp van de gist omgezet in een mengsel met 7% alcohol en kan het distilleren beginnen, waarbij ze tot 78% weten te komen.

De rum rijpt in houten vaten waarvan het hout uit verschillende landen komt, als het maar niet Australië is. Paula: “Dan krijgt alles een eucalyptus-smaak.”

Rum-museum in oude rumvaten

Na de rondleiding worden we losgelaten in het winkeltje, waar we rum en rumlikeur mogen proeven, en drank en merchandise kopen. Het proeven laten we aan ons voorbijgaan, het is 11 uur in de ochtend en we hebben nog een vol programma.

Bundaberg is niet alleen de hometown van rum, maar ook van ginger beer, gemberbier. Wij willen er meer van weten en rijden vanaf de rum de twee kilometer naar ‘The Bundaberg Barrel’, een interactieve expositieruimte in de vorm van een grote, heel grote ton.

Tentoonstellingston

Het is een verhelderend bezoekje, want deze Bundaberg brouwt niet alleen ginger beer maar ook allerlei andere frisdranken, van louter natuurlijke ingrediënten. Brouwt? Ja, de frisdrank wordt gebrouwen in grote vaten en de boel gist en fermenteert er vrolijk op los.

De belevenis eindigt met een proeverij. En aangezien er geen alcohol in zit, kunnen we heerlijk los gaan. De frisdrank-sommelier vertelt over de diverse frisdranken en helpt de bezoeker kritisch te proeven. Leuk weetje: de diet ginger beer, dus zonder suiker, bevat meer gember dan de regular. Suiker is toch een beetje een smaakversterker, dus zonder suiker heb je meer van het echte product nodig. We vinden allebei de diet-versie lekkerder, ook bij een blinde proef. Eigenlijk vinden we alle drankjes erg lekker, de smaken zijn gelaagd, niet simpel. En dat voor frisdrank.

Proeverij

Op weg naar ons einddoel van vandaag, Hervey Bay, komen we langs een gigantische macadamia-boerderij. Heel toevallig vinden we macadamianootjes heel lekker, dus wat is er leuker dan een paar zakjes kopen bij de boer? We mogen in het boerderijwinkeltje proeven en zelf een nootje kraken, en dat laatste blijkt een heel werk te zijn. Macadamia’s verstoppen zich in verschillende harde schalen. Vandaar misschien de niet bepaald lage prijs.

Eenmaal op de Bruce Highway hebben we moeite met het vinden van een stopplaats om te lunchen. Maar we zijn niet voor één gat te vangen en we zwenken af naar een winery: er is vast wel een parkeerplaats bij de Hill of Promise Winery, met zo’n naam. We zetten de camper neer op een weitje en voor ons goede fatsoen nemen we een kijkje bij het grote huis dat verscholen ligt tussen de mangobomen.

En weer een mooi lunchplekje

Als ze ons de veranda op hoort stommelen komt wijnmaker Mary van achter het huis te voorschijn. We kunnen niet proeven (moeten immers nog een eind rijden) maar kopen een fles die er veelbelovend uitziet. Later zal blijken dat hij werkelijk verrukkelijk is. Mary vertelt ondertussen over de Siciliaanse roots van haar man, en waarom er in de wijde omtrek geen druivenstok meer te zien is. Druiven groeien hier niet goed, maar anderhalf uur rijden het binnenland in wel. En de wijn wordt wel degelijk hier gemaakt.

Gezellige veranda

In Hervey Bay zetten we de camper voor drie nachten neer op het Windmill Caravan Park. Een simpele camping, maar het nieuwe sanitairblok bij de ingang vervult de eigenaar met trots: “It is worth the walk”. Oké, dus we gebruiken de wc van het oude blok dichtbij, en de douche van het nieuwe verderop.

We lopen vanaf de camping naar de Urangan Pier, die ooit meer dan 1100 meter lang was, maar nu nog een respectabele 800.

Op de terugweg drinken we een biertje op een terras langs de boulevard. We vinden het lastig om een keus te maken tussen de verschillende craft beers van de tap, maar we mogen er gratis een aantal proeven (wéér proeven, maar nu echt) dus dat maakt het makkelijker.

Weloverwogen keuze

Vandaag gereden: 159 km

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *