Stoer comfort in Binna Burra

Het is paasvakantie en het lijkt wel of alle Australische gezinnen een camping opzoeken. Want ook in Australië zijn de kinderen druk met school, clubjes en muziekles, en kunnen ze nauwelijks onbekommerd buitenspelen. Dus binden hun ouders fietsjes en bootjes bovenop de vouwwagen en vertrekken met hun terreinauto naar plekken waar de kinderen de hele dag hun eigen gang kunnen gaan, en waar ze met een half oog in de gaten gehouden worden omdat hun ouders dat ook doen. Hun eigen gang gaan, bedoel ik.

Onze buurman op de camping in Brisbane blijft hier nog een aantal dagen, “want hier is het rustig”. Klopt, weinig mensen zoeken de stad op.

Dat alle leuke accommodatie aan de kust bezet is, is vandaag voor ons geen probleem, want we waren toch al van plan het binnenland in te gaan. Het Lamington National Park wacht op ons.

We rijden lang door de stedelijke agglomeratie van Brisbane en waar veel mensen wonen, is ook een markt voor pretparken. In Nederland zijn de pretparken verdeeld over het land, maar hier zitten ze allemaal op een kluitje.

Gelukkig houdt de bebouwing toch een keer op en wordt de route naar Lamington National Park steeds mooier en rustiger. De weg blijft geasfalteerd (fijn) maar wordt wel steeds smaller, bochtiger en bijna geheel vangrailsloos (minder fijn).

De camping, Binna Burra Lodge, is net zoals Capricorn Caves wat meer stoer en outdoor. We hebben een powered site, maar de power is zo ver weg dat onze kabel niet lang genoeg is. Onze aardige buren bieden ons een plekje aan op hun stekkerdoos.

Hoofdgebouw Binna Burra Lodge

De buren hebben een groot zeil gespannen over hun tenten heen, want in het regenwoud regent het nou eenmaal vaak. Wij klappen snel onze (erg grote) luifel uit zodat we ondanks de buitjes een droog terras houden. Eerlijk gezegd doen we dat bij onze eigen camper nooit, omdat we bang zijn dat het weer in de luifel komt als we hem nat moeten oprollen. Maar deze Maui-luifel is zo door en door beschimmeld dat we ons niet schuldig hoeven te voelen dat we hem als regenscherm gebruiken.

Om een uur of vier laadt de buur-oma haar auto vol kleinkinderen om te gaan douchen bij het hoofdgebouw. “The showers are awesome”, vertrouwt ze me toe. Ja, je kunt ook lopen, vijf minuten, maar dit is wel zo praktisch. De douches zijn inderdaad prachtig zie ik later, er zijn zelfs zachte schone handdoeken. Maar die zijn waarschijnlijk meer bedoeld voor de gasten in de cabins dan de campinggasten…

Toilet Poetry

Als aan het eind van de middag de zon ondergaat, verzamelen mensen zich op het terras van de lodge. Om half zes is de zon verdwenen, en kun je meteen binnen aanschuiven bij het buffet. Het is niet goedkoop, 45 dollar pp, maar dan heb je ook gevarieerde traditionele Engels-Australische kost in ruime hoeveelheden. Doet wel denken aan een Engelse Sunday roast.

Wij hebben de laatste dagen vrij veel horeca van binnen gezien, dus genieten erg van ons zelfbereide campermaal.

Vandaag gereden: 115 km

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *